woont in 1661 in het Land van Voorne in het Brielse
15 feb 1667 |
Uit: Giftboek Hof van Delft |
|
Jan Cornelisz. Coppingh wonende op de Hoorn in deze jurisdictie, Simon Adriaensz. van Ende? (correctie FVZ=van Winde) als man en voogd van Marijtgen Cornelisdr., Neeltgen Cornelisdr. bejaarde ongehuwde dochter, ieder voor een zesde part, vervangende, haar sterk makende en de rato caverende voor Adriaen Cornelisz. Coppingh wonende op de Hoorn en voor Jan Adriaen Claesz. wonende in het land van Voorne, getrouwd met Lijsbeth Cornelisdr. voor nog twee zesde parten, mitsgaders Willem Cornelisz. Coppingh voor hem zelf voor het resterende zesde part, te samen geïnstitueerde erfgenamen van zal. Marijtgen Adriaensdr. in haar leven huisvrouw van Cornelis Jansz. Coppingh, winnen gift in gevolg van de testamentaire dispositie d.d. 29-1-1654 voor Engebrecht van der Vloet not. tot Delft gepasseerd, van de helft van 2 morgen 2 hond, van 1 hond 50 roeden, van 11 morgen 97 roeden, en van 88 roeden, zijnde alle onvrij hofland en gelegen in de hoefslag van de Sad of Suijdijck, en staande de morgen op 10 ponden schots, van welke voorsz. landen de wederhelft toekomt Cornelis Jansz. Coppingh onder expresse protestatie dat deze de stad Delft niet en zal prejudiceren in het recht dat dezelve stad zo ten zake van voorsz. dispositie als 30 e penning. van een gedeelte deze gemelde landen competeert alle hetzelve bij scheiding of andersinds te allen tijden te innen zo dezelve te rade zal werden.
Dezelve zes personen als uit haar eigen hoofde erfgenamen van Cornelis Jansz. Coopping voor 6/8 en als het recht verkregen hebbende van Barent en Cornelis Cornelisz. Koppingh mede voorzonen van de voorsz. Cornelis Jansz. Copping haar aller vader voor de resterende 2/8 breder volgens acte d.d. 26-4-1667 voor Adrijaen van der Block not. gepasseerd, winnen gift door het overlijden van dezelve haar vader. |
|
|
16 dec 1668 |
Uit: Giftboek Hof van Delft |
|
De heeer Cornelis van Lodensteijn gecommitteerd wegens de provincie van Zeeland in de generaliteit rekenkamer, man en voogd van vrouwe Maria van Kinschot geeft gift aan Jan Arijen Claesz. Berckel van 2 hond vrij hofland met huis, schuur, barg en geboomte daar op staande, staande en gelen in deze jurisdictie op de hoek van de Swet. |
|
|
17 dec 1670 |
Uit: Giftboek Hof van Delft |
|
Willem Cornelisz. Copping voorzoon van Cornelis Jansz. Coppingh mitsgaders Jan Arijen Claesz. Berckel als man en voogd van Lijsbeth Cornelisdr. Coppingh beide wonende onder het Hof van Delft, Sijmon Adriaensz. van Winde wonende onder Rijswijk als man en voogd van Marijtgen Cornelisdr. Coppingh en Neeltgen Cornelisdr. Coppingh bejaarde ongehuwde persoon mede wonende onder het Hof van Delft vervangende, haar sterk makende en de rato caverende voor Arijen en Jan Cornelisz. Coppingh, alle vijf nakinderen van dezelve Cornelis Jansz. Coppingh bij hem verwekt aan Marijtgen Adriaensdr. zijn laatste huixvrouw, welke Marijtgen Ariensdr. dezelve haar vijf kinden en de voorsz. Willem Cornelisz. Copping haar mans voorzoon heeft geïnstitueerd tot haar erfgenamen, winnen gift in gevolge van de testamentaire dispositie d.d. 19-1-1654 voor Engelbert van der Vloet not. tot Delft gepasseerd.
Eerst van de helft van 4 morgen 2 hond en 20 roeden onvrij hofland gelegen in de hoefslag van de Saddijck staande de morgen op 10 ponden schot, uit de hoofde van dezelve Marijtgen Adriaensdr. en door haar overlijden, dat op 16-2-1667 mede had behoren gedaan te wezen, en bij haar is verzuimd. |
|
Dezelve zes personen als uit haar eigen hoofde erfgenamen van Cornelis Jansz. Coopping voor 6/8 en als het recht verkregen hebbende van Barent en Cornelis Cornelisz. Koppingh mede voorzonen van de voorsz. Cornelis Jansz. Copping haar aller vader voor de resterende 2/8 breder volgens acte d.d. 26-4-1667 voor Adrijaen van der Block not. gepasseerd, winnen gift door het overlijden van dezelve haar vader.
Eerst van de wederhelft van de voorsz. 4 morgen 2 hond 20 roeden.
Mitsgaders nog: Van de helft van 2 morgen 2 hond. Van de helft van 1 hond 50 roeden. Van de helft van 11 morgen 97 roeden. En van de helft van 88 roeden. Zijnde alle mede onvrij hofland gelegen in Sad of Suijtdijck staande de morgen op 10 ponden schot. [ in de marge: Barent en Cornelis Jansz. [moet zijn: Cornelisz.] Copping hebben 2/8 van deze landen verkocht of bij uitkoop gelaten aan Willem Cornelisz. Copping haar volle broeder en aan haar vijf verdere halve broeder en zusters. ] |
|
|
3 jun 1671 |
Uit: Giftboek Hof van Delft |
|
[deze akte is doorgehaald]
Barent Cornelisz. Coppingh wonende in De Lier en Jan Cornelisz. Coppingh als speciale procuratie hebbende van Cornelis Cornelisz. Coppingh zijn broeder wonende Overmaes geven gift aan Willem, Arijen en Jop Cornelisz. Coppingh mitsgaders aan Jan Arijen Claesz. Berckel getrouwd met Lijsbet Cornelisdr., Sijmon Adriaensz. van Winde man en voogd van Marijtgen Cornelisdr. en van Neeltgen Cornelisdr. Coppingh te samen mede-kinderen van Cornelis Jansz. Coppingh van twee achtste parten of een vierde part in de helft of te samen een achtste part in het geheel van de navolgende huizen en landen, waar of de overige wederhelft en zes achtste parten of drie vierde parten in de wederhelft de voorsz. kinderen van Cornelis Jansz. Coppingh zelf zijn toebehorende, als eerst een woning met huis, schuur, barg en geboomte mitsgaders in 4 morgen 2 hond 20 roeden onvrij hofland daar dezelve op staat waarin de voorn. Coppingh gewoond heeft en gestorven is, staande en gelegen in deze jurisdictie in de hoefslag van de Sad of Suijdijck, nog in 4 morgen 3 hond vrij hofland in dezelve hoefslag achter de voorgaande partij gelegen als mede in 11 morgen 2 hond 17? roeden onvrij hofland met een huis daar op staande in dezelve hoefslag en in nog 2 morgen 2 hond mede onvrij hofland insgelijks in de gemelde hoefslag gelegen, nog 1 hond 50 roeden, en in 88 roeden zijnde beiden buitenvelden in de Sweth.
De voorn. Willem, Arijen, Jan Cornelisz. Coppingh, Simon Adriaensz. van Winde, Jan Arijen Claesz. en Neeltgen Cornelis Coppingh geven gift aan de heer mr. Adriaen Fijck raad en oud-schepen der stad Delft in handen van de secretaris alhier van 3 morgen 61 roeden onvrij hofland gelegen in de hoefslag van Sad of Suijdijck.
|
Begraven: |
5 jan 1677 't Woud |
|
 |
|